Nood van mensen
In de maand februari was ik 12 dagen op werkbezoek bij de medebroeders karmelieten in Manilla, Filippijnen. Manilla is een miljoenenstad, die evenveel inwoners telt als heel Nederland samen. Naast de vergaderingen en de bijeenkomsten had ik ook de gelegenheid met de medebroeders mee te gaan naar hun leef- en werksituaties.
Vijf medebroeders vormen een gemeenschap in een van de vele grote krottenwijken van Manilla. De toegang tot deze krottenwijk is een smalle weg die je naar binnen brengt. Deze smalle toegang is ook de weg waarlangs je de krottenwijk weer uit gaat. Verder zijn er geen straten. Er wonen duizenden mensen -het krioelt er van de kinderen- in krotten naast, achter en boven elkaar. De krotten zijn bedoeld om in te slapen. Een paar vierkante meter is dus voldoende om als gezin de nacht in door te brengen. Het leven speelt zich, vanwege het warme klimaat, verder buiten af. De verbindingen tussen de krotten zijn kruip door, sluip door gangen die ook dienen als wasplaats voor de mensen. De medebroeders wonen met z’n vijven in zo’n zelfde krot en onder dezelfde omstandigheden. Zo delen ze de omstandigheden van de mensen. Het is hun bewust gekozen manier om aandacht aan deze mensen te geven. De meeste mensen in de krottenwijk hebben geen vaste baan. Ze proberen op alle mogelijke manieren een beetje geld te verdienen. Ze leven van de dag. Als ze vandaag te eten en te drinken hebben is dat geweldig. Morgen zien ze wel weer.
Een van de medebroeders is pastoor in de Sagrada parochie. Aan de rand van deze parochie is een van de vele grote vuilnisbelten. “de smoking mountains” van Manila. Op en rond deze vuilnisbelten zoeken mensen naar nog bruikbaar afval, zoals plastic en glas. Ze verzamelen dit en verkopen het voor recycling om hen een schamel inkomen te geven. In de rivier –ook de riool- die door het dorp stroomt en langs de vuilnisbelt zag ik de hele dag mensen staan om het plastic “schoon” te wassen. De dood van mensen zit in het water. Hun gezondheid wordt snel aangetast vanwege deze slechte en onhygiënische omstandigheden. Enkele jaren geleden ging deze enorme vuilnisbelt vanwege de regen schuiven. Veel mensen vonden hierbij de dood omdat ze bedolven werden onder het vuilnis. Mensen zijn arm. De parochie is arm. Maar je ziet mensen met enthousiasme samenkomen om te vieren. Natuurlijk dragen ze ook de sporen mee van hun armoedige situatie en van de pijn die de ramp over hen heeft gebracht. Hun leven gaat verder in de hoop dat ze, en vooral hun kinderen, eens betere levensomstandigheden zullen krijgen.
Dichtbij ligt ook de San Isidro parochie. Een grote parochie, eveneens getekend door de armoede en eveneens toevertrouwd aan de karmelieten. Twee jaren geleden werden door het geweld van de tyfoon en de daar mee gepaard gaande overstromingen een deel van de huizen van honderden gezinnen weggevaagd. Nu twee jaar later is er met financiële steun van de internationale Karmel een begin gemaakt met de bouw van nieuwe eenvoudige huizen. De pastoor en de werkgroep voor de wederopbouw leidden ons rond over het gebeid waar de huizen waren weggevaagd en waar de wederopbouw is begonnen. Met ongeduld en met dankbaarheid wachten de mensen op hun nieuw onderkomen. Twee jaren lang was er voor hen geen echt thuis omdat ze zelf geen financiële middelen hebben.
In de miljoenensteden van onze wereld en vaak ook op het platteland in Derde Wereld landen zie je de grote kloof tussen rijkdom en armoede. Natuurlijk proberen mensen hier iets aan te doen. Maar het is ook verschrikkelijk moeilijk omdat er zoveel aspecten en belangen een rol spelen. Als samenwerkende parochies van Boxmeer, Sambeek en Vortum-Mullem besteden we tijdens deze veertig dagen tijd aandacht aan mensen in Mali. De actie draagt de indringende naam “Maal eens om Mali.” Natuurlijk kunnen we de grote problematiek in onze wereld van armoede en rijkdom, van oorlog en vrede etc. niet in ons eentje oplossen. Dat wordt ook van niemand gevraagd. Die last mag ook niet op iemands schouders gelegd worden. Tegelijkertijd mag het ook niet zo zijn dat we onze ogen sluiten voor wat er gaande is. Een mentaliteit van “Ikke, Ikke en laat de rest maar stikken” past niet bij een christelijke levenshouding. Belangrijk is dat we ons bewust zijn van wat er aan de hand is in onze wereld. Van belang is dat we onze ogen niet sluiten voor het kwaad in onze wereld en voor de nood van mensen. Het maakt ons tot een parochiegemeenschap die zich engageert en die ook zoekt naar de kleine mogelijkheden die we persoonlijk en locaal hebben om onze bijdrage te leveren. De “grote” problemen van onze wereld vertalen zich vaak naar de “kleine” problemen die we hier ervaren. Maar voor de mensen die ze hier ervaren zijn ze ook “groot”omdat ze direct de kwaliteit van hun leven raken.
De veertigdagentijd is een tijd van bezinning en reflectie op de nood en het lijden van mensen. Geef en gun je dat moment van bezinning en reflectie. Niet het schuldgevoel, maar het inzicht in wat er aan de hand is brengt ons verder op de weg van het Leven.
Tjeu Timmermans, karmeliet en pastor-teamleider
Geplaatst door: Marjan Jakobs - Versteegen